intogolf bv
+31 13 5159339
info@intogolf.com

onderhouden computer

computers
De computers waarmee met intogolf wordt gewerkt moeten allemaal worden toegevoegd in deze functie. Voor computers kunnen verschillende instellingen gelden.

algemene namen
Wij adviseren om voor iedere computer (ook thuiswerkplekken en laptops) een eigen regel aan te maken. De belangrijkste reden hiervoor is de beveiliging van de gegevens en het feit dat per computer allerlei instellingen worden bijgehouden. Gebruik dus geen algemene naam (bijvoorbeeld PC) die door meerdere computers wordt gebruikt.
kassalade/portemonnee
Wanneer op de computer een geldlade is aangesloten kan deze hier worden geselecteerd. Zorg ervoor dat bij iedere medewerker of iedere computer een geldlade is opgegeven. Want zonder geldlade kan intogolf geen ontvangsten registreren. Om verschillen te voorkomen zal dan altijd de eerste geldlade die is aangemaakt worden gebruikt.

printers
Het beste kan het lokale printprogramma worden geïnstalleerd. Het installatieporgramma kan worden gedownload met de aangegeven link. Wanneer de installatie is uitgevoerd kun je een lijst van de beschikbare printers opvragen. Zorg ervoor dat de naam van de printer of poort bij elk van te invoervelden exact overeenkomt met de naam van een printer die in deze lijst staat.

kassa instellingen
Wanneer op de computer een kassa wordt gebruikt, kan hier worden ingesteld welke kassalayout moet worden gebruikt. Een kassalayout bepaald welke artikelen op de kassa worden getoond (bij de horeca zijn dit andere artikelen dan in de shop).

Wanneer een vinkje wordt gezet bij "apart aanmelden op kassa", zal de kassa altijd beginnen en eindigen met een aanmeld window. Als het vinkje uitstaat, zal de gebruiker worden overgenomen die al was aangemeld in intogolf. Eventueel kan de kassa ook automatisch worden gestart bij het opstarten van intogolf. De computer kan dan alleen nog als kassa worden gebruikt en het is niet meer mogelijk andere functies uit te voeren.

Wanneer een aantal seconden wordt ingevuld zal de kassa de aangemelde gebruiker afmelden wanneer er xxx seconden niets op de kassa is gebeurd.

Een kassa staat normaliter opgesteld in een ruimte, bijv. restaurant, bar, vergaderzaal, enz. Door een ruimte te selecteren zal de kassa standaard de tafel plattegrond van deze ruimte tonen (op iedere kassa kunnen ook andere ruimtes worden opgevraagd).

Wanneer een bonprinter is aangesloten op de computer kan de poort waarop de printer is aangesloten worden ingevuld. Dit kan bijvoorbeeld COM1, COM2 of LPT1 zijn. Wanneer niets wordt ingevuld zal bij het printen van een kassabon worden gevraagd naar de juiste poort. Zodra de poort dan is geselecteerd en het printen is gelukt, wordt de waarde hier bewaard, zodat het systeem hier de volgende keer niet opnieuw naar hoeft te vragen. Het is mogelijk een printer te gebruiken die niet fysiek aan de PC is aangesloten, maar via het netwerk wordt benaderd. In dat geval kan in het gebruikersprofiel de opdracht: NET USE LPT8 \\computer\printernaam /PERSISTENT:YES worden gezet. Als printerpoort kan dan LPT8 worden gekozen. Het is ook mogelijk een gedeelde printer aan te maken op de computer en vervolgens de naam hiervan in te vullen. Let wel op dat de naam niet te lang is en geen spaties bevat. Het is niet mogelijk om rechtstreeks \\server\printer in te vullen. In plaats daarvan moet dus eerst een gedeelde printer op de lokale computer worden aangemaakt.

De layout die moet worden gebruikt om een kassabon af te drukken kan per compuer worden ingesteld. Layouts kunnen worden aangemaakt bij de functie "layouts brieven/emails". Wanneer geen bonlayout wordt ingesteld zal het systeem de eerste layout gebruiken die hij tegenkomt.

Eventueel kan een 2e notaprinter zijn aangesloten. In dat geval kan de poort en layout hiervoor worden ingevuld. Bij een gecombineerde printer (bonnen en nota's) wordt 2x dezelfde poor tingevuld en moet in de layout worden gezorgd dat de printer de juiste stuurcodes ontvangt.

Door een vinkje te zetten achter "bon altijd printen bij aanmelden" zal een kassa bon ook worden geprint wanneer al eerder een kassabon is opgevraagd. Als het vinkje uitstaat zal per tafel/klant maar 1 bon worden afgedrukt, tenzij expliciet nog een bon wordt opgevraagd.

Wanneer een keukenprinter is aangesloten op de computer kan de poort waarop de printer is aangesloten worden ingevuld. Dit kan bijvoorbeeld COM1, COM2 of LPT1 zijn. Wanneer niets wordt ingevuld zal bij het printen van een keukenbon worden gevraagd naar de juiste poort. Zodra de poort dan is geselecteerd en het printen is gelukt, wordt de waarde hier bewaard, zodat het systeem hier de volgende keer niet opnieuw naar hoeft te vragen. Het is mogelijk een printer te gebruiken die niet fysiek aan de PC is aangesloten, maar via het netwerk wordt benaderd. In dat geval moet in het gebruikersprofiel de opdracht: NET USE LPT8 \\computer\printernaam /PERSISTENT:YES worden gezet. Als printerpoort kan dan LPT8 worden gekozen.

Eventueel kunnen meerdere keuken en/of barprinters worden gebruikt. De poorten hiervoor kunnen worden ingevuld. Bij het onderhouden van artikelen kan worden aangegven op welke keukenprinter(s) het betreffende artikel moet worden afgedrukt. Alle keukenprinters gebruiken dezelfde layout.

Kelners kunnen zichzelf aanmelden op de horeca kassa door middel van een polsbandje of kelnersleutel. De lezer hiervoor wordt aangesloten op een seriele poort. De naam van deze poort (bijv. com1) kan worden ingevuld bij "poort voor kelnersleutel". Alleen als hier iets is ingevuld, zal de kelnersleutel worden geactiveerd.

Wanneer een scorekaartprinter of taslabelprinter is aangesloten op de computer kan de poort waarop de printer is aangesloten worden ingevuld. Dit kan bijvoorbeeld COM1, COM2 of LPT1 zijn. Wanneer niets wordt ingevuld zal bij het printen van een scorekaart worden gevraagd naar de juiste poort. Zodra de poort dan is geselecteerd en het printen is gelukt, wordt de waarde hier bewaard, zodat het systeem hier de volgende keer niet opnieuw naar hoeft te vragen. Het is mogelijk een printer te gebruiken die niet fysiek aan de PC is aangesloten, maar via het netwerk wordt benaderd. In dat geval moet in het gebruikersprofiel de opdracht: NET USE LPT9 \\computer\printernaam /PERSISTENT:YES worden gezet. Als printerpoort kan dan LPT9 worden gekozen.

Wanneer een voucherprinter is aangesloten op de computer kan de poort waarop de printer is aangesloten worden ingevuld. Dit kan bijvoorbeeld COM1, COM2 of LPT1 zijn. Wanneer niets wordt ingevuld zal bij het printen van een voucher worden gevraagd naar de juiste poort. Zodra de poort dan is geselecteerd en het printen is gelukt, wordt de waarde hier bewaard, zodat het systeem hier de volgende keer niet opnieuw naar hoeft te vragen. Het is mogelijk een printer te gebruiken die niet fysiek aan de PC is aangesloten, maar via het netwerk wordt benaderd. In dat geval moet in het gebruikersprofiel de opdracht: NET USE LPT8 \\computer\printernaam /PERSISTENT:YES worden gezet. Als printerpoort kan dan LPT8 worden gekozen. De layout van het voucher kan worden opgegeven bij het stamgegevens van de artikelen. Als bij een artikel geen layout is ingevuld, zal geen voucher worden afgedrukt

Wanneer een aparte printer voor het afdrukken van leskaarten en greenfeekaarten is aangesloten op de computer kan de poort waarop de printer is aangesloten worden ingevuld. Dit kan bijvoorbeeld COM1, COM2 of LPT1 zijn. Wanneer niets wordt ingevuld zal bij het printen van een kaart worden gevraagd naar de juiste poort. Zodra de poort dan is geselecteerd en het printen is gelukt, wordt de waarde hier bewaard, zodat het systeem hier de volgende keer niet opnieuw naar hoeft te vragen. Het is mogelijk een printer te gebruiken die niet fysiek aan de PC is aangesloten, maar via het netwerk wordt benaderd. In dat geval moet in het gebruikersprofiel de opdracht: NET USE LPT7 \\computer\printernaam /PERSISTENT:YES worden gezet. Als printerpoort kan dan LPT7 worden gekozen. De layout van de kaart kan worden opgegeven bij het stamgegevens van de leskaarten en greenfeekaarten. Als bij een leskaart/greenfeekaart geen layout is ingevuld, zal bij uitgifte van een kaart niets worden afgedrukt

externe kassa
Het is ook mogelijk een kassa aan te sluiten van de fa. de Haan. De kassa is in dat geval geinstalleerd op een andere computer en wordt gebruikt via een tcp verbinding. Om een externe kassa te gebruiken moet dit worden opgegven door achter "aanmelden flight via kassa" en "aanmelden lessen via kassa" te kiezen voor "de haan kassa". Vervolgens moet het ip adres of de computernaam worden ingevuld van de computer waarop de kassa wordt gebruikt. Tenslotte moeten 2 poortnummers worden opgegeven (standaard is 5010 en 5011) waarover de communicatie met de kassa verloopt. Deze poortnummers moeten ook in de kassa applicatie zelf worden ingesteld.

toevoegen
Door op de plus-knop onderaan het window te klikken verschijnt een nieuw window waarin de gegevens van een nieuwe computer kunnen worden ingevoerd.

wijzigen
Wanneer de aangemelde medewerker autorisatie heeft tot het wijzigen van gegevens kun je op een regel klikken en wordt een nieuw venster getoond waarin de gegevens van de computer kunnen worden aangepast.



Andere artikelen...